Taken en bevoegdheden van de examencommissie

De examencommissie moet zich garant stellen voor de kwaliteit van het examen en het diploma. De wetgever heeft daartoe de onderstaande taken en bevoegdheden bij de examencommissie belegd

  1. Het op objectieve en deskundige wijze vaststellen of een student voldoet aan de voorwaarden die de onderwijs- en examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van een graad.
  2. Het borgen van de kwaliteit van tentamens en examens.
  3. Het vaststellen van richtlijnen en aanwijzingen binnen het kader van de OER om de uitslag van de tentamens en examens te beoordelen en vast te stellen.
  4. Het verlenen van vrijstellingen voor het afleggen van een of meer tentamens.
  5. Het borgen van de kwaliteit van de organisatie en de procedures rondom tentamens en examens.
  6. Het treffen van maatregelen in geval van fraude.
  7. Het aanwijzen van examinatoren voor het afnemen van tentamens en het vaststellen van de uitslag daarvan.
  8. Het uitreiken van het getuigschrift, met daaraan toegevoegd het diplomasupplement, ten bewijze dat het examen met goed gevolg is afgelegd.
  9. Het verlenen van toestemming aan een student om een vrij onderwijsprogramma te volgen, waarvan het examen leidt tot het verkrijgen van een graad.
  10. Het uitreiken van een verklaring van behaalde tentamens aan diegene die meer dan één tentamen met goed gevolg heeft afgelegd maar aan wie niet een getuigschrift kan worden uitgereikt.
  11. Het jaarlijks opstellen van een verslag van haar werkzaamheden.

Beslissingen examencommissie

De examencommissie dient over veel verschillende zaken een besluit te nemen. Voorbeelden, die onder meer geregeld zijn in de WHW, zijn:

  • Besluit tot goedkeuring vrij onderwijsprogramma.
  • Besluit tot toekennen van vrijstellingen.
  • Goedkeuring van het examenprogramma van een student.
  • Besluit tot graadverlening, d.w.z. dat een student voldoet aan de eindtermen van de opleiding.
  • Besluit tot toekennen van een judicium, zoals Cum Laude.
  • Besluit tot toekennen van andere vormen van toetsing in geval van studenten met een functiebeperking.
  • Besluiten die het algemene toetsbeleid van een opleiding betreffen, bijvoorbeeld het vaststellen van een beoordelingsformulier voor eindwerkstukken.
  • Het opstellen van richtlijnen aan examinatoren.
  • Opleggen van sancties bij fraude en plagiaat.
  • De aanwijzing van examinatoren.
  • Besluit op verzoek om verlenging geldigheidsduur tentamen.
  • Besluit voor toekennen van extra tentamengelegenheden.
  • Vaststelling alternatieve trajecten (bijv. bij overgang curriculum).
  • Goedkeuring van onderdelen behaald in het buitenland.

Niet ieder besluit hoeft door de voltallige examencommissie genomen te worden.